Het is deze week dertig jaar geleden dat bij mij…
Verslag van een bewogen dagje. Inclusief een onverwacht bezoek aan het ziekenhuis.
De huisarts zit vier deuren verwijderd van onze voordeur. En toch ging het vandaag mis.
Op straat voelde ik me al niet lekker. Aan de balie kreeg ik op mijn verzoek een glaasje water. Daarmee kwam ik de wachtkamer binnen.
Misschien daarom draaiden de hoofden zich naar mij toe. Of was het omdat ik mij krampachtig vasthield aan een belendende stoel? “Wat ziet u er grauw uit,” hoorde ik een stem uit de verte zeggen.
De huisarts zag me door de gang slingeren toen ik aan de beurt was. Ik wilde het, gezien mijn situatie, kort houden. Veel kon ik toch niet uitbrengen.
Maar de huisarts wilde eerst mijn bloeddruk meten. Aan de ene arm lukte dat niet. Aan de andere kant werd twee maal zestig over veertig geregistreerd. Toen werd alles even zwart.
Opeens lag ik op een behandeltafel. Een andere huisarts hield mijn benen overeind, samen met een assistente. Meer bloed naar mijn hersenen! Een ambulance arriveerde. Op de achtergrond hoorde ik mijn huisarts bellen met het ziekenhuis.
Hups op een brancard, met infuus en hartmonitor en nog het een en ander. Toegedekt, ingesnoerd. Klaar voor de start en snel op pad met de ziekenauto.
Een dagje ziekenhuis, aan de hartbewaking. Het frustrerende is dat ze je wel vertellen wat je niet hebt (geen hartinfarct, geen problemen met je pacemaker), maar niet wat je wel hebt. Dat ze op bed een thoraxfoto maken, en wel naar je hart kijken, maar niet naar je longen. Alsof er geen radioloog meekijkt en zijn waarnemingen bij de röntgenfoto opschrijft. Nee, over drie dagen mag ik wéér naar hetzelfde ziekenhuis, om een thoraxfoto te laten maken voor de longarts.
Met een verwijzing voor polibezoek bij mijn eigen cardioloog ben ik aan het einde van de dag met ontslag gestuurd. Wat die zeggen gaat, kan ik wel raden. Al meer dan tien jaar lang heb ik last van neurocardiogene aanvallen van flauwte, maar dit was de tweede keer dat ik echt onderuit ging. Neurocardiogeen betekent dat er in de samenwerking van hart en hersenen iets verkeerd gaat, waardoor onder andere je bloeddruk niet naar behoren wordt gereguleerd. Met dank aan de sarcoïdose, die het zenuwstelsel heeft aangetast.
Er is helaas niets aan te doen. Maar het maakt wel verschil of je dit een enkele keer hebt, of iedere keer dat je tien meter de straat op gaat. De afgelopen twee maanden is het steeds erger geworden. Ik kan niet meer zitten, niet meer staan en niet meer lopen zonder een man met een hamer tegen te komen. Dan hap ik naar lucht (dyspneu) en moet ik me tegen een muur aan drukken of een paal omarmen om bij te komen. Inspanningsintolerantie. Allemaal symptomen van hetzelfde onderliggende ziektebeeld. Chronische invaliderende sarcoïdose…
Klink ik te klaaglijk? Zeg dan maar gewoon: “Je bent een echte zenuwenlijder.” Dat is namelijk nog waar ook.