Het is deze week dertig jaar geleden dat bij mij…
Fact checking bij de cardioloog: antwoord aan een lezer met een vraag over de relatie tussen dunne vezel neuropathie en vasovagale collaps (flauwvallen).
In de Facebook-groep ‘Dunne vezel neuropathie’ ontspon zich onlangs een vraag- en antwoordspel naar aanleiding van mijn vorige artikel, getiteld “Flauwvallen bij de huisarts” (12 januari 2018). Een lezer toonde zich niet overtuigd dat er volgens de medische wetenschap een relatie bestaat tussen dunne vezel neuropathie en de zogeheten ‘vasovagale collaps’, de algemene term die de geneeskunde gebruikt voor (verschillende vormen van) flauwvallen.
Omdat ik vandaag toch bij de cardioloog was (in het sarcoïdose-expertisecentrum van het St. Antonius Ziekenhuis in Nieuwegein), heb ik de vraag van deze terecht kritische lezer meteen maar even meegenomen. Hieronder volgt het antwoord.
De dunne vezels hebben in het zenuwstelsel twee functies: enerzijds reguleren ze bepaalde (sensorische) gevoelssensaties in de huid; anderzijds reguleren ze autonome, onwillekeurige processen in het lichaam (zoals hartritme, zweten en ademhalen). Het deel van het perifere zenuwstelsel dat de autonome processen regelt, heet het autonome zenuwstelsel.
Ook de dunne vezels in de uiteinden van de zenuwtakjes van het autonome zenuwstelsel kunnen worden aangetast of afsterven. Hierdoor kunnen autonome processen zoals de hierboven genoemde ontregeld raken. Als dit zich voordoet, dan spreekt de geneeskunde van autonome dysregulatie of autonome dysfunctie of dysautonomie of autonome neuropathie. Dit is een vorm van dunne vezel neuropathie.
Autonome dysregulatie hoeft zich niet voor te doen in combinatie met sensorische dunne vezelneuropathie; doet het zich voor dan kan het (maar hoeft het niet) een progressief beloop hebben. Evenzo kan autonome dysfunctie optreden bij sarcoïdose, maar dit hoeft niet; het kan ook optreden in combinatie met idiopathische dunne vezel neuropathie of een ander ziektebeeld (zoals diabetes). Er zijn aanwijzingen dat autonome dysfunctie een rol kan spelen bij fibromyalgie en het chronische vermoeidheidssyndroom.
Als nu in het lichaam de dunne vezels zijn aangetast in de uiteinden van de zenuwtakjes die het vaatstelsel aansturen, dan kan dit tot gevolg hebben dat de vaten open blijven staan terwijl het lichaam zich opricht en een deel van het bloed door de werking van de zwaartekracht naar beneden (naar de benen) zakt. In een gezonde situatie zouden de vaten zich horen te vernauwen, om de bloeddruk even te verhogen en het bloed uit de benen terug te stuwen richting hoofd en hersenen.
Omdat de vaten open blijven staan en onvoldoende bloed terugstroomt naar het hoofd, treedt de zogeheten ‘vasovagale reactie’ op (je voelt je flauw) en in sommige gevallen de ‘vasovagale collaps’ (je verliest kortstondig het bewustzijn). In de medische term ‘vasovagaal’ komen de woorden ‘vaat’ (vaso) en zenuw voor (vagaal – de nervus vagus is de zenuw die via verschillende vertakkingen én hart én vaten aanstuurt).
Dus ja, er kan een oorzakelijk verband zijn tusssen dunne vezel neuropathie en de vasovagale collaps. De relatie die hier wordt beschreven, kun je op verschillende manieren met onderzoek objectiveren en bewijzen in termen van de medische wetenschap. Hierover bestaat ook een uitbundige hoeveelheid medische literatuur.
Er zijn ook andere mechanismen dan die van de autonome dysfunctie die kunnen leiden tot flauwvallen. Zoals gezegd, de ‘vasovagale collaps’ is een algemeen begrip dat verschillende vormen kent, afhankelijk bijvoorbeeld van de wijze waarop het hart zich gedraagt wanneer de vaten te lang open blijven staan en de bloeddruk daalt. Maar dat is weer een ander verhaal. Feit is dat je bij een patiënt die flauwvalt, goed moet vaststellen waarom dit precies gebeurt, omdat dit van invloed kan zijn op het risico van herhaling en de eventuele mogelijkheid van behandeling.
Ik hoop met deze uitleg de vraag van de kritische lezer in de Facebook-groep ‘Dunne vezel neuropathie’ afdoende te hebben beantwoord. Zo niet, dan raad ik hem aan zelf een arts (cardioloog, neuroloog of huisarts) te raadplegen om mijn uitleg op zijn geldigheid te toetsen. Ik wil namelijk niet te lang uit hetzelfde vaatje blijven tappen.
Eventuele fouten in de bovenstaande weergave komen voor mijn rekening, niet voor die van mijn cardioloog.
—
Meer lezen? Klik hier voor het artikel ‘De vasovagale reactie’ (uit het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde, 1993).